Lang geleden, toen er nog geen elektriciteit was
uitgevonden, stond er ergens een grote kerk verlicht met kaarsen. Er woonde
niemand. Althans, dat werd er gedacht ... De geruchten gingen namelijk, dat er
een jonkvrouw woonde, maar geen levende ... je begrijpt vast wat we bedoelen.
Een geest, dus. De mensen konden haar horen jammeren. Ooit, honderd jaar geleden,
zou ze gaan trouwen. Maar haar man was niet komen opdagen. "Ik blijf hier
wachten tot je eindelijk komt!" hoorde men soms met een hese, schorre stem uit
de oude kerk, waar niemand meer kwam, krijsen. Het was angstaanjagend...
De verlaten bruid wachtte en wachtte honderd lange, eenzame jaren, waarin ze
rondspookte en huilend door de hele kerk zweefde, uitkijkend naar de komst van
haar man. Ze jammerde hartverscheurend, zo ... griezelig. Niemand durfde zelfs
maar in de buurt van de kerk te komen! Overdag was de bruid slechts een stenen
beeld, de tranen nog wel rollend over haar wangen. Het was angstaanjagend om te
zien.
Op een dag, toen er honderd jaar precies waren verstreken, kwam er een man naar
de kerk, een toerist die het hele verhaal niet kende. Hij liep rond en dacht: "Wat
leeg allemaal!" Toen zag hij het stenen beeld. Hij raakte het met een trillende
hand aan. De dichte ogen van het beeld sprongen open. Ogen waarin een eenzame
leegte heerste. Ogen die betraand waren. Ogen die jaren hadden gewacht ... en
gewacht ... en gewacht. Het beeld greep de pols van de toerist en liet met een
piepende, schorre en verdrietig maar kwade stem horen: "Daar ben je dan! Ik heb
honderd jaar op je gewacht!" Geschrokken en verbaasd rukte de toerist zich los
en vroeg zich af waar het beeld het over had. "Nu ga je boeten, om mij zo lang
te laten wachten". Het beeld stond op en rende achter de bange toerist aan. "Ik
zal je!" krijste ze. Gillend rende de toerist weg, maar vond een dichte deur.
Hij draaide zich om en zag hoe de bruid een ijzeren stok onder een paar lappen
vandaan haalde. "Dit ... heb ik honderd jaar laten wachten!" krijste ze en liep
met grote, langzame stappen op de toerist af. Ze hief de staaf ...